Op reis in eigen stad
Een dagje ITALIA in Antwerpen
Museum Maagdenhuis
Lange Gasthuisstraat 33
‘Antwerps plateel’, zeg maar ‘faience’ uit Faenza
Een van de blikvangers van dit museum is een unieke verzameling papkommen in Antwerps plateel, uit het laatste kwart van de 16de eeuw. Dit kleurrijk eetgerei, mogelijk toe te schrijven aan het atelier van Michiel Nouts, staat op de topstukkenlijst van België. Hun standaardvorm is een halve bol op een lage standring en voorzien van twee handvatten. Voor dagelijks gebruik waren er in dit voormalige weeshuis voor meisjes grijze tinnen papkommen ter beschikking terwijl ze ter afwisseling op zon- en feestdagen deze kleurrijke majolicastukken voorgeschoteld kregen. Zo konden ook de weeskinderen hier in een aangepaste feestelijke stemming van hun maaltijd genieten.
De reeks getuigt van een eens bloeiende kunsttak waarmee Antwerpen faam verwierf tot ver in het buitenland. Maar we moeten erkennen dat deze artistieke uitstraling te danken was aan Italiaanse immigranten. De welvaart en bloei van Antwerpen trekt begin 16de eeuw kunstzinnige ambachtslieden uit Italië aan. Een van hen ca. 1505 is Guido di Savino, uit de huidige stad Urbania in de omgeving van het keramiekcentrum Faenza. Hij is de eerste en tegelijkertijd meest toonaangevende keramiekkunstenaar hier. Sinds 1520 heeft hij zijn atelier in ‘Den Salm’ aan de Kammenstraat. Gehuwd met een Antwerpse, laat hij zich voortaan ‘Guido Andries’ noemen, een naam die hier beter in de markt ligt. Hij introduceert de vervaardiging van Italiaans aardewerk dat met wit tinglazuur bedekt is en veelkleurig beschilderd wordt met siermotieven. Di Savino en zijn vijf zonen vinden een afzetmarkt o.m. in Portugal en Engeland terwijl ondertussen ook de Antwerpse plateelbakkers de kunst van hen hebben geleerd.
Andere Italiaanse keramisten alhier zijn Giovanni Maria di Capua en Pietro Francesco ‘Van Venedigen’. Naar het oorspronkelijke Italiaanse productiecentrum Faenza is dit keramiek in het Frans gekend als faience terwijl het in het Spaans naar Majorca ‘majolica’ genoemd is. Ofschoon van Italiaanse makelij zal het hier bekend worden als het ‘Antwerps plateel’.
Een aparte productontwikkeling binnen deze techniek zijn figuratieve tegeltableaus. Wie weet zie je ooit de kans om daar een schitterend voorbeeld van in het MAS te bewonderen: ‘De bekering van Sint-Paulus’.
‘Antwerps plateel’ wordt naar het Noorden geëxporteerd en na 1585 nemen een aantal Antwerpse plateelbakkers ook de wijk naar ginds. Op hun beurt werden de lokale plateelbakkers ginds erdoor geïnspireerd, zo o.m. in Delft. De vrolijke kleurenweelde werd echter door de protestanten afgewezen zodat er enkel met ‘blauw’ geschilderd werd. Hebt u hem? Of hoe Antwerpen dankzij Italië een internationale draaischijf werd van deze productontwikkeling.
Oorkonde met de aanstelling van Karel V op de Rijksdag te Frankfurt in 1519 tot keizer van het HeiligeDit is een titel die de Kerk aan een overledene toekent die bijzonder rechtschapen en gelovig heeft geleefd. In de Rooms-Katholieke en de Orthodoxe Kerk mogen heiligen worden vereerd (niet aanbeden). Een aantal heiligen zijn ook martelaren. Roomse Rijk der Duitse Natie. In 1518 wendt keizer Maximiliaan van Oostenrijk zich tot de Genuezen die zich voornamelijk op financieel terrein bewegen, en met name tot het bankiershuis van Filippo Gualterotti om hem de middelen te verschaffen om zijn kleinzoon Karel V te benoemen als zijn opvolger. Deze Filippo, koopman en bankier, heeft zijn woonst en magazijnen bij het Sint-Annagodshuis in de Korte Nieuwstraat. Samen met de Genuezen Fornari en Grimaldi kan Filippo Gualterotti een groot bedrag op tafel leggen zodat bij de dood van Maximiliaan het jaar daarop de keizerstitel dan toch aan Karel ‘V’ kan toegewezen worden in plaats van aan zijn voornaamste concurrent Frans I van Frankrijk.