Op reis in eigen stad
Een BERGWANDELING in Antwerpen
De Guldenberg
Deze berg, tussen de Dries (cf. de huidige straatnaam) en het Falkonbroek, vormt mee de noordelijke flank van de landrug die naar de Schelde aanloopt en die van de Koolkaai tot op de Koraalberg opklimt.
Latijnse naam ‘mons aureus’ komt reeds in 1270 voor, evenals in een originele akte van 1316: ‘Aureo monte’). In de kopie ervan van 1317 wordt ze ‘Guldenberch’ genoemd.
Bij ‘gulden’ denkt men aan goud of geld. Kiliaen ziet er eerder een variant in van ‘ghilde’ (Latijn: meretrix) in de betekenis van ‘hoer’. Feit is dat er hier reeds in 1378 sprake is van een stoof of badhuis, maar dat is haast synoniem voor ontuchthuis.
Door een stedelijke ordonnantie van 1403 worden de prostituees aanbevolen zich te concentreren: allereerst op de “Guldenenberch”, of ook op de “Coudenberch”. Het feit dat de ‘lichtwiven’(= publieke vrouwen) van het Groendal in 1425 naar hier moeten verhuizen, wijst hier op een langer bestaande concentratie van prostitutie. Misschien is het dan ook geen toeval dat een van de 5 gangen in deze straat ‘Stovengang’ heet. Deze telde tien huisjes, maar die was ook gekend als de Drievuldigheidsgang. What’s in a name?
Een familienaam die je met het toponiem in verband zou kunnen brengen, is Van Goubergen.
Zoals zo vele straten in de buurt werd de straat door rechttrekking van de Scheldekaaien, in de jaren 1883-‘84 gehalveerd. Een 25-tal huizen op de Guldenberg worden gesloopt. Resteert enkel een klompje straat: het ‘Guldenbergstraatje’.